Project Overbruggingshulp: Thuis wat kan, elders wat moet

Er is nauwe samenhang tussen de projecten Overbruggingshulp en Efficiënte transfers.  Projectleiders Agnes van ’t Hof (MMC) (rechts) en Nicole van den Broek (SGE) werken dan ook enthousiast met elkaar samen.

Er is nauwe samenhang tussen de projecten Overbruggingshulp en Efficiënte transfers.
Projectleiders Agnes van ’t Hof (MMC) (rechts) en Nicole van den Broek (SGE) werken dan ook enthousiast met elkaar samen.

Hoe kunnen we voorkomen dat kwetsbare ouderen ‘onnodig’ (zonder medisch specialistische zorgvraag) naar de huisartsenpost of SEH gaan? Dat is de hamvraag waar het project Overbruggingshulp op is gebaseerd.


Met huisartsen, specialisten, wijkverpleegkundigen en op de SEH, is een analyse gemaakt van de redenen van insturen van kwetsbare ouderen. Een belangrijke reden is het care-vraagstuk. Bijvoorbeeld doordat zich in de thuissituatie een (acute) verandering voordoet als de mantelzorger wegvalt en er niet acuut thuiszorg beschikbaar is. Of omdat een oudere benauwdheidsklachten heeft en een longontsteking thuis niet bevestigd kan worden. Mede door de wachtlijsten voor verpleeghuisplaatsen, neemt het aantal complexe en acute situaties thuis toe.

Dit vraagt om nieuwe oplossingen en dat is waar het project invulling aan geeft. Máxima MC, PoZoB, Oktober en ZuidZorg zijn de initiatiefnemers van het project. Inmiddels zijn vele professionals van andere organisaties betrokken.

Het project Overbruggingshulp bestaat uit verschillende deelprojecten, die zich vooral richten op onnodige ‘verplaatsing’ van ouderen. Mocht er toch een transfer nodig zijn, dan komen er ook oplossingen in beeld die in het project Efficiënte transfers worden uitgewerkt, met het Catharina Ziekenhuis, Sint Annaklooster, Valkenhof en ZuidZorg.

In onderstaande afbeelding zijn de oplossingen uit beide projecten weergegeven. De oranje oplossingen maken onderdeel uit van Efficiënte transfers en de rode van Overbruggingshulp.


juli 2019