Behandelwensen: maak het bespreekbaar!
Om ervoor te zorgen dat mensen in acute situaties de juiste zorg krijgen, is het belangrijk hun behandelwensen te bespreken én goed vast te leggen. De afgelopen periode is daarom de samenwerking met het Regionaal Zorg Communicatie Centrum (RZCC) geïntensiveerd. Anne Koop, projectleider bij RZCC, brengt de komende periode in kaart hoe behandelwensen bij alle ketenpartners worden vastgelegd en worden uitgewisseld in het netwerk van een cliënt. En wat daarin te verbeteren valt.
Samen beslissen over levenswensen
Wendy van Loo, praktijkondersteuner en stafmedewerker PoZoB maakt zich hard voor het bespreken en goed vastleggen van de wensen en behandelgrenzen. “Het is belangrijk om met de cliënt in gesprek te gaan, zodat er samen met de zorgverleners de best passende beslissingen genomen worden over hun toekomst, over hun leven. Hierbij is de sociale context belangrijk en wordt ook de mantelzorger betrokken. Wat zijn de levenswensen en -behoeften van een cliënt en wie en wat zijn hierbij belangrijk?” Het gesprek voeren begint eigenlijk bij de cliënt thuis aan de keukentafel.”
Hoe begin je zo’n gesprek?
“Voor zorgprofessionals is het niet altijd gemakkelijk om zo’n gesprek te beginnen, aldus Wendy. Het hoeft echter geen moeilijk gesprek te zijn. Als er met een cliënt over zijn levenswensen wordt gesproken dan kom je vanzelf uit op behandelwensen. Wat vindt een cliënt belangrijk in het leven? Hier kan hij met een zorgprofessional over in gesprek gaan om samen tot een beslissing te komen. De behandelend arts legt vervolgens de behandelgrenzen vast.” In samenwerking met RZCC zijn er de afgelopen twee jaar verschillende acties uitgezet om het vastleggen van toestemming voor het delen van (behandelwens)gegevens via het LSP te verbeteren.
Verbinding en samenwerken begint bij in gesprek gaan met de cliënt. Rechts op de foto Wendy van Loo.
“Inhoud zorg en afspraken over proactieve zorgplanning komen samen met het technisch spoor. ”
Hoe is iedereen op de hoogte van gemaakte afspraken?
Door gemaakte afspraken goed te registreren, zijn steeds meer professionals buiten de huisartsenpraktijk op de hoogte. Zorgverleners in de huisartsenpraktijk noteren de besproken behandelwensen onder de ‘ICPC code A.20’. Dit kan al bij aanvang van het eerste gesprek. Zorgverleners in de huisartsenpraktijk zijn dan op de hoogte van de afspraken die zijn gemaakt samen met de cliënt. Als een cliënt toestemming geeft om gegevens te delen via het Landelijk Schakel Punt (OPT-IN), is het voor de huisartsenpost mogelijk om de gegevens op te halen.
De juiste zorg voor de cliënt
“Door de verschillende systemen die nu nog in de regio worden gebruikt, is het soms lastig te bepalen hoe gegevens gedeeld kunnen worden”, licht Wendy toe. “Het fijne nu in de samenwerking met RZCC, is dat ze in kaart gaan brengen hoe de zorginhoud nu samenkomt met het technisch spoor. Uiteindelijk gaat het om de juiste zorg voor de cliënt. Vandaar dat we ook KBO-Brabant bij dit traject betrekken. En Precies! zorgt voor de verbinding in deze samenwerking.
mei 2023